RFA - Radiofrequentie ablatie van de slokdarm

Brugsesteenweg

Rumbeke

Torhout

Menen

In uw slokdarm is er een verandering van het slokdarmweefsel ontstaan. Het normale slokdarmweefsel is vervangen door maagslijmvlies dat naar boven in de slokdarm is gegroeid. Dit heet Barrett-weefsel. Omdat er ondertussen dysplasie (onrustige cellen) ontstaan is in dit weefsel is er een verhoogde kans op evolutie naar slokdarmkanker. Dysplasie wordt beschouwd als een voorstadium van kanker. Er wordt ook onderscheid gemaakt tussen laaggradige dysplasie en hooggradige dysplasie. Dit onderscheid geeft de mate van onrust in de cellen aan. Bij hooggradige dysplasie is er meer onrust in de cellen dan bij laaggradige dysplasie.

Dit Barrett-weefsel met dysplasie dient bijgevolg het best behandeld te worden zodat het oorspronkelijke slijmvlies  zich kan herstellen en er geen verder evolutie is naar een kanker. De zichtbare afwijkingen worden meestal eerst endoscopisch met EMR (endoscopische mucosale resectie) of ESD (endoscopische submucosale dissectie) behandeld (cfr specifieke brochures). Als er geen zichtbare letsels zijn kan meteen met radiofrequentie ablatie behandeld worden in geval van dysplasie.

Door radiofrequentie ablatie wordt het meest oppervlakkige laagje van de slokdarmwand kortdurend verhit met behulp van radiofrequente energie, waardoor dit laagje afsterft, daarna treedt genezing van de slokdarm op en groeit het oorspronkelijke slijmvlies terug.

Meld op de voorafgaande raadpleging en ook voor de start van het onderzoek:

  • eventuele allergieën.
  • hart – en/of longproblemen.
  • inname van bloedverdunnende medicatie bv. aspirinebevattende preparaten Plavix, Marcoumar, Clopidogrel, Ticlid, Xarelto, Pradaxa, Eliquis, Brilique, Marevan, Sintrom… Bloedverdunnende medicatie zal eventueel tijdig gestopt moeten worden, dit steeds in overleg met de arts.
  • inname van onstekingsremmers.

Doel van het onderzoek

Voorbereiding

  • Op de kamer wordt een infuus geplaatst en zal worden gevraagd om uw bril /contactlenzen en tandprothese te verwijderen. Er zal een patiëntenschort klaarliggen dat u mag aantrekken.
  • Aan de vrouwelijke patiënten vragen we om hun beha uit te doen.
  • U moet minstens 6 uur voor het onderzoek nuchter zijn. Dit wil zeggen niet eten, drinken of roken.

Uitvoering

Deze ingreep gebeurt op de endoscopieafdeling onder algemene narcose. Indien dit op de afdeling nog niet is gebeurd; zal de verpleegkundige een ader in de arm aanprikken zodat de anesthesist langs deze weg de verdoving kan toedienen.

  • Tijdens de ingreep ligt u op de linkerzijde met een mondstuk tussen de tanden/lippen om te vermijden dat u op de endoscoop bijt.
  • De anesthesist plaatst een buisje in de luchtweg om uw ademhaling over te nemen.
  • Tijdens het onderzoek wordt het zuurstofgehalte in het bloed continu gemeten. Dit gebeurt met een meettoestelletje dat op de vinger wordt geplaatst. U krijgt ook een zuurstofbrilletje op de neus.

De behandeling

RFA-ballonbehandeling (HALO 360)

Via een endoscoop wordt een behandelingsballon in de slokdarm ingebracht. Rond deze ballon is een dun metalen draadje gewikkeld dat de warmte afgeeft. De RFA-ballon wordt gedurende ongeveer 1 seconde verhit zodat de oppervlakkige slijmvlieslaag (het Barrett-slijmvlies) wordt verhit. Afhankelijk van de lengte van de Barrett-zone wordt de ballon verplaatst en nogmaals verhit tot de hele Barrett-zone behandeld is. Hierna wordt de ballon verwijderd waarna het behandelde gebied schoongemaakt wordt en de verhitte/afgestorven cellen verwijderd worden. Hierna wordt de procedure met de ballon nogmaals herhaald.

RFA-behandeling met apparaatje (Halo 90 – Halo 60)

Als de wondjes na de eerste behandeling met de RFA-ballon genezen zijn, zijn er meestal nog kleine eilandjes Barrettslijmvlies aanwezig. Om deze resterende plekjes te behandelen wordt er een ablatieapparaatje aan de endoscoop bevestigd. Aan dit apparaatje zit ook een metalen draadje dat warmte afgeeft. De arts brengt het apparaatje naar de te behandelen gebieden waarna deze zone wordt verhit. Als alle gebiedjes behandeld zijn wordt het gebied terug schoongemaakt waarna de procedure herhaald wordt. De totale behandeling duurt meestal minder dan 1 uur. Maar in de meeste gevallen zijn meerdere behandelingsessies nodig.

  • Na het onderzoek wordt u naar de ontwaakzaal gebracht van de dienst endoscopie. Daar wordt het zuurstofgehalte in het bloed verder opgevolgd.
  • Een rauw gevoel in de keel is mogelijk gedurende enige tijd. Ook pijn in de borstkas de eerste dagen is mogelijk.
  • Soms treedt er koorts op de eerste 24 uur na de procedure. Vaak is dit een normale reactie na de ingreep. Dit wordt uiteraard door uw arts opgevolgd.
  • Na deze ingreep wordt u meestal één nacht opgenomen.
  • De dag van de procedure mag u enkel water of enkel strikt vloeibare voeding innemen. Vanaf de tweede dag kunt u in principe overgaan tot zachte voeding. Vanaf de tiende dag mag perfect normaal gegeten worden.
  • Bij hoge koorts, onhoudbare pijn, onmogelijkheid tot slikken of bloedverlies (bloedbraken of anaal bloedverlies) moet u contact opnemen met de afdeling of met de arts die u behandeld heeft.

Ziekenhuisopname

Na het onderzoek

Voor- en nadelen

Bijwerkingen

Aandachtspunten

Risico's van dit onderzoek

Bij een RFA ontstaat een soort oppervlakkige brandwonde in de slokdarm. De kans op complicaties is zeer klein. Behalve irritatie van de keel en pijn achter het borstbeen hebben patiënten meestal geen klachten na de behandeling.
Ernstige ontsteking van de slokdarm met vorming van zweren en vernauwing, een klein gaatje in de slokdarm (perforatie), bloeding of beschadiging van keel of slokdarm, kunnen zeldzaam voorkomen.

Bijlagen en documenten

Brochure onderzoek

Artsen die dit onderzoek uitvoeren

No items found.

Locaties waar dit onderzoek wordt uitgevoerd