Een voedingssonde wordt rechtstreeks geplaatst in de buik indien men verwacht dat de sondevoeding minimum 4 tot 6 weken zal worden toegediend. Twee soorten voedingssondes worden hieronder uitgelegd. Afhankelijk van uw situatie kiezen we voor een PEG- of PEXACT-sonde.
De PEG-sonde (Percutane Endoscopische Gastrostomiesonde) is een voedingssonde (een buisje uit kunststof ) die met behulp van een maagonderzoek en een sneetje in de buikwand in de maag wordt geplaatst.
Het uiteinde van de sonde bestaat uit 2 schijfvormige plaatjes. Het eerste plaatje zit aan de binnenzijde van de maagwand en zorgt dat de sonde er niet uit kan vallen. Aan de buitenkant wordt het andere plaatje tegen de buikwand geschoven en vastgemaakt. Op deze manier kan de sonde niet teveel bewegen.
De PEXACT-sonde is in feite te vergelijken met de PEG-sonde, maar aan het uiteinde zit er geen plaatje, maar een ballon die opgevuld wordt met 5 ml water. Het grootste verschil tussen beide sondes is de manier van plaatsing. Er wordt gekozen voor een PEXACT-sonde bij patiënten met een tumor ter hoogte van de mond-keel of als er een slokdarmstent of een vernauwing aanwezig is ter hoogte van de mond en/of slokdarm.
Bij de arts ontvangt u ‘een patiëntenboekje voor operatie of procedure onder anesthesie’. Het is belangrijk - wanneer u akkoord gaat met de plaatsing van de voedingssonde en u de nodige uitleg hebt ontvangen - dat u de toestemmingsformulieren ondertekent. De toestemmingsformulieren vindt u in het patiëntenboekje op pagina 6 en 7. Hierbij geeft u toestemming aan de arts om de voedingssonde te plaatsen en geeft u ook toestemming voor de nodige verdoving en pijnstilling.
Als u sterke bloedverdunners inneemt, moet u dit vooraf zeker melden aan de behandelende arts. Dit het best op het moment dat de behandelde arts met u afspreekt om een voedingssonde te plaatsen.
Als u in het afgelopen jaar een hartinfarct hebt gehad of een stent kreeg, wordt de aanpassing van de inname van ontstollende medicatie het best vooraf besproken met uw hartspecialist en/of anesthesist.
Bij het plaatsen van een voedingssonde en opstarten van de sondevoeding is meestal een ziekenhuisopname vereist van enkele dagen. De sondevoeding moet namelijk geleidelijkaan opgebouwd worden.
U moet 6 uur nuchter zijn vóór de plaatsing. Dit wil zeggen dat u niet mag eten en drinken of roken vanaf 6 uur vóór de ingreep.
’s Morgens mag u nog uw dagelijkse medicatie innemen met weinig water, dit met uitzondering van medicatie die een invloed heeft op de zuurtegraad van het maagsap. Dit betreft volgende medicatie: Cimetidine®, Ranitidine®, Zantac® Esomeprazole®, Nexiam® Dakar®, Lansoprazole® Omeprazole®, acidcare®, Acidozol®, Losec® Pantozol®, Pantomed®, Pantoprazol®, Maalox Control®. Deze medicatie neemt u éénmalig niet in.
Bij uw opname wordt er een infuus geplaatst. Via het infuus wordt er 1 uur vóór de plaatsing van de voedingssonde een antibioticum toegediend. Dit ter preventie van een wondinfectie. Als u allergisch bent voor een bepaald antibioticum moet u dit zeker melden aan de verpleegkundige.
De plaatsing van de sonde gebeurt onder lokale verdoving. Als u dit vraagt, wordt er ook nog medicatie toegediend die u wat rustiger maakt. Daardoor zal u de plaatsing van de voedingssonde minder bewust meemaken. De ingreep wordt uitgevoerd met behulp van een maagonderzoek. Via de mond wordt een flexibele buis met camera (gastroscoop) ingebracht die doorheen de slokdarm wordt geschoven tot in de maag. Hierbij kan de precieze plaats van de sonde bepaald en aangeduid worden.
De buikwand wordt ontsmet en de huid wordt plaatselijk verdoofd. Op de plaats van de verdoving wordt met een holle naald de buikwand aangeprikt. Door de naald wordt een lange fijne draad opgevoerd en met de camera door de mond mee naar buiten getrokken.
Aan deze draad wordt de PEG-sonde bevestigd en vervolgens in omgekeerde richting terug door mond, slokdarm en maag geleid om tenslotte door de buikwand naar buiten getrokken te worden.
Het ronde plaatje aan het uiteinde van de PEG-sonde voorkomt dat de sonde zou uitvallen. Aan de buikzijde (buitenkant) wordt de sonde ook vastgezet met een fixatieplaatje. De gehele procedure duurt meestal 20 tot 30 minuten.
Bij de plaatsing van de PEXACT-sonde wordt u kortstondig volledig verdoofd. Er wordt een flexibele buis met camera (gastroscoop) doorgeschoven tot in de maag. De maag wordt opgeblazen en de kamer wordt even donker gemaakt. Er wordt een lichtje doorheen de maagwand opgelicht en dat wordt de plaats waar de sonde wordt geplaatst. Deze plaats wordt gemarkeerd.
De volgende stap is de maag vastnaaien aan de buikwand, zodat tijdens het aanprikken van de maag, deze niet kan veranderen van plaats.
Daarna prikt men doorheen de buikwand tot in de maag met een dikke naald. Deze naald wordt verwijderd en er blijft een buisje ter plaatse. In dit buisje wordt de voedingssonde geschoven en de ballon wordt opgeblazen met water.
Het buisje die nu nog rond de voedingssonde zit wordt opengescheurd tot deze helemaal verwijderd is.
De procedure op zich duurt 20 tot 30 minuten.
De draadjes die nog aanwezig zijn, blijven 10 dagen ter plaatse.
Ten vroegste na 3 uur wordt een kleine hoeveelheid water doorheen de sonde gebracht om te zien of de sonde goed zit. De diëtiste werd ondertussen door de dienst verwittigd dat er bij u een sonde werd geplaatst. Hierbij wordt door de diëtiste een berekening gemaakt van uw energie- en eiwitbehoefte. Aan de hand daarvan wordt de soort en hoeveelheid sondevoeding bepaald en wordt een opbouwschema opgesteld.
Bij een goede plaatsing van de sonde, goedkeuring door de arts en na berekening van de sondevoeding en de opmaak van een opbouwschema kan gestart worden met het toedienen van de sondevoeding. De verpleegkundige en de diëtist volgen de komende dagen op in welke mate u de sondevoeding verdraagt. Verdere info vindt u terug in de brochure Sondevoeding.
Zonder tegenadvies van de arts en als er geen slikstoornissen aanwezig zijn, is het aangewezen om nog voeding via de mond in te nemen. Op deze manier wordt de speekselproductie nog gestimuleerd.
Als de verdoving uitgewerkt is, kan de prikplaats pijnlijk zijn, dan is een goede pijnbehandeling aangewezen. De eerste dagen kan er alvast systematisch pijnstilling worden toegediend. Het is belangrijk om de pijn op tijd te behandelen. Als de plaats pijnlijk begint aan te voelen, meld dit aan de verpleegkundige van de afdeling zodat er al iets kan worden toegediend.
De eerste 10 dagen na de plaatsing is het belangrijk dat de sonde ter plaatse wordt gelaten. Op deze manier kan er zich een fistelkanaal vormen. De insteekopening moet wel dagelijks gecontroleerd worden en gereinigd worden met fysiologisch water. Als er infectieparameters te observeren zijn, moet er een waterige ontsmettingsvloeistof, zoals Isobetadine dermique® (in geval van joodallergie: Hibidil®) worden gebruikt. Er mag geen alcoholische ontsmetting gebruikt worden omdat alcohol het materiaal van de sonde aantast.
Medicatie mag nooit samen met de sondevoeding worden gegeven.
Daarom is het belangrijk om de voedingssonde goed te spoelen met 20 cc water vóór de toediening en na de toediening van de medicatie. Info vindt u terug in de brochure Sondevoeding.
Een goede mondzorg blijft belangrijk. Doordat er niets of nog weinig via de mond wordt ingenomen, dreigt uw mondholte uitgedroogd te raken. Dit kan voor hinderlijke problemen zorgen.
Enkele tips voor een goede mondhygiëne: